Paddenstoelenworkshop voor kinderen

Paddenstoelen workshop voor kinderen

Leren, beleven, proeven en duurzame growkids maken!

Datum
29 oktober 2023

Tijd
10:30-12:00

Toegang
20 euro (kind + ouder)

Locatie
Noordertuin in Steck

Hoe worden paddenstoelen gemaakt? Welke paddenstoelen kun je nu eigenlijk eten en hoe smaken ze?

Ontdek het allemaal op zondag 29 oktober bij de Noordertuin. We starten met een speelse uitleg en een demonstratie van enkele paddenstoelen die we bij De Clique cultiveren. Daarna gaan we de paddenstoelen proeven, wie durft?! We sluiten de ochtend af door zelf paddenstoelen te kweken op koffiedik, in lege melkpakken. Deze neem je mee naar huis en na 3 tot 4 weken kun je je eigen gekweekte paddestoelen oogsten.

Tip: neem kleding mee die vies mag worden!

Overige informatie

De workshop duurt van 10:30 tot 12:00u en is geschikt voor de leeftijd tussen 5 en 10 jaar met ouder(s).

Tip: neem kleding mee die vies mag worden!

Over elise en vincent, de workshopgevers

Elise: “Ik heb naast een passie voor paddestoelen, wildpluk en identificatie een diploma in permacultuur en duurzame tuinbouw en praktische ervaring met het kweken van paddestoelen door mijn werk als koffiedik oesterzwamkweker bij de Clique, all-round grower bij Stichting Ecoconsult, een workaway bij KÄÄPÄ mushrooms en als beheerder van mijn eigen shiitakebos in Frankrijk.”

Vincent: “Mijn interesse in paddenstoelen richt zich vooral op de rol die ze kunnen spelen bij het tegengaan van klimaatverandering. Paddenstoelen vormen een natuur inclusieve bron van voedsel die onze afhankelijkheid van dierlijke eiwitten kan verkleinen! Ik heb ervaring als oesterzwam- en pruikzwam kweker bij Beyond Coffee in Kopenhagen en de Clique in Utrecht en heb praktijkervaring opgedaan in Elises shiitakebos!”

Binnenkort bij Steck

Zaden verzamelen: in 5 stappen oogsten en bewaren

Is het niet leuk om van één tomaat tot wel 30 tomatenplantjes te maken? We schreven al eerder over een manier om planten te vermeerderen: planten scheuren. Ook door zaden te oogsten kun je meer planten, bloemen of vruchten kweken. Hoe pak je dit aan? En hoe helpt een oude sok hierbij? We vroegen onze plantenexpert Frans van Oostveen het blauwe-Steck-hemd-van-zijn-lijf naar zijn gouden tips.

Een witte meloen. Daar begint Frans in 2016 zijn zadenverzameling mee. ‘Ik vond een compleet witte meloen in de supermarkt. Een Snow Leopard, ook wel Dino meloen of Ivory Gaya genaamd. Normaal gesproken heeft deze meloen wat groene vlekken of strepen op de schil. Maar dit exemplaar niet. Ik wilde kijken of de nakomelingen hiervan óók volledig wit zouden worden. Wat bleek? Een deel had geen vlekken, maar een ander deel wél.’

‘Als je een stekje hebt, komt daar altijd precies hetzelfde plantje uit. Maar bij zaden niet. Heb je bijvoorbeeld pepers gezaaid, dan kunnen de nieuwe pepers verschillen in de maat, kleur en hoe pittig ze zijn. Dat je niet precies weet wat je krijgt, is voor mij een van de redenen om uit zaadjes te kweken.’

Weten hoe je zaden oogst, welk moment hiervoor het beste is en of uit een elstar appel ook een elstar plant groeit? Lees de tips van Frans. 

1. Verzamel zaden op het juiste moment

Niet te vroeg en niet te laat: belangrijk is om zaden op het goede moment te oogsten. Frans: ‘Hoe rijper de vrucht, hoe kiemkrachtiger de zaden zijn op de lange termijn. Als je de zaden te vroeg oogst, dus uit een onrijpe vrucht haalt, missen ze een deel van hun ontwikkeling. Dat kan ervoor zorgen dat ze minder goed groeien als plantjes. De witte meloen bijvoorbeeld, is heel lang houdbaar, maar dat geldt niet voor alle meloenen. Deze heb ik eerst anderhalve maand in een kastje laten liggen. Toen was hij lekker rijp en haalde ik er 200 tot 300 zaden uit.’ 

Maar verzamel de zaden ook niet te laat. ‘Klaproos en akelei worden midden juli rijp. In augustus kun je deze zaden al niet meer verzamelen, dan zijn ze afgestorven. Ook basilicum bloeit in juli, de zaadjes beginnen eind juli af te rijpen. Tomaten rijpen ook al vanaf juli, dus dan kan je gaan oogsten. Verzamel zaden in elk geval op een droge dag, zodat ze niet nat zijn geregend.’

Nog een reden om het verzamelen van zaden goed te timen: sommige zaden springen ver weg. Frans: ‘Er zijn planten die zaden als het ware lanceren. Dat is met een reden. Ze werpen ze ver van zich af, zodat de zaadjes ergens terechtkomen waar ze meer kans hebben om te groeien. Zo gedijen ze bijvoorbeeld niet goed onder de moederplant, omdat daar al een grote plant staat. De ooievaarsbek is zo’n plant. Als je te lang wacht, liggen deze zaden wel drie meter verderop en vind je ze niet meer terug.’ De tip van Frans? ‘Bind een oude sok of panty eromheen en je hebt de zaden handig bij elkaar.’

2. Kies de juiste zaden

Niet alle planten, bloemen en vruchten zijn geschikte leveranciers van zaden. Hoe maak je een goede keuze? Frans: ‘In de eerste plaats: kies de planten die je mooi of lekker vindt. Maar kies ook planten die goed uit zaden groeien, zoals meloen, basilicum en tomaat. Zo’n 95% van de zaadjes hiervan ontkiemt normaal gesproken.’

Bij een klaproos gaat het verzamelen ook relatief makkelijk. ‘Een klaproos heeft een zaaddoosje waar alle zaadjes in zitten. Als dat kamertje open gaat, weet je dat de zaden rijp zijn. Zo gaat dat ook bij de akelei.’

Wat maakt een plant minder bruikbaar? ‘Je wilt niet dat een plant afsterft voordat de vrucht rijp is. Een vrucht moet echt rijp zijn om zaden te leveren die goed ontkiemen. Druiven bijvoorbeeld zijn niet zulke geschikte planten om zaden van te verzamelen. Het duurt relatief lang voordat de plant volwassen is. Ook een perzik is lastig, dat komt door de harde pit: daar kan het zaadje of de kiem die erin zit, niet goed doorheen breken. De perzikpit er goed uit krijgen, goed bewaren en ontkiemen is moeilijk.’

En hoe zit het met appels en kersen? ‘Frans: deze vruchten zijn qua genen nog vrij wild, dus dat is een ander verhaal: je weet niet wat je eruit krijgt. Als je een elstar zaadje hebt, krijg je er niet automatisch ook een elstar plant uit. Het kan zomaar een andere plant worden, zoals iets wat lijkt op een jonagold of granny smith.’

3. Drie methodes om de zaden te verzamelen

Zo veel zaden, zo veel methodes om ze te oogsten. Hieronder lees je er drie.

Zaaddoosjes maanzaadpapaver

Verzamelen van natte vruchten. Er zijn vruchten waarvan de zaadjes in een vloeistof of gelcoating zitten, zoals tomaten en meloenen. Frans: ‘Deze coating moet je verwijderen. Je doet het hele ‘papje’ in een schoon bakje of glas en laat het ongeveer een week staan. Roer iedere dag met een lepeltje, zo krijgen de schimmels meer zuurstof om de coating af te breken. Na een paar dagen tot een week zakken de zaadjes naar de bodem en vallen ze uit de coating. Belangrijk, want er zit dan niks meer aan het zaadje dat zou kunnen gaan schimmelen.’

‘Maar de gelcoating zelf schimmelt wél en gaat fermenteren. Zo wordt koolstofdioxide geproduceerd: hierdoor ontstaan kleine belletjes, waardoor de zaadjes en het organisch materiaal van elkaar worden gescheiden: de zaadjes liggen netjes op de bodem en de rest drijft boven door de belletjes die geproduceerd zijn. Je giet er dan water bij en alles wat je niet nodig hebt, wat verrot is, vloeit er langzaam uit. De zaden houd je over. Spoel ze voorzichtig een paar keer om en laat ze daarna drogen. Het resultaat: compleet schone zaadjes.’  

Verzamelen van droge zaadjes. Bij droge zaden werkt het verzamelen anders: ‘Laat je een basilicumplant doorgroeien, dan maakt hij een bloemsteel. Na een tot anderhalve maand bloeien, zitten er meestal hier en daar zaadjes in. Zeker als ‘ie buiten staat en bijtjes hem bestuiven. Na ongeveer anderhalve maand sterft de bloemsteel af en wordt deze langzaam bruin. Dát is het moment om te oogsten: je knipt het steeltje onderaan het onderste bloemetje af en laat dit een tot anderhalve week drogen.’

‘Als de steeltjes goed droog zijn, rits je voorzichtig de zaadhoofdjes ervanaf. Het makkelijkst is om dat boven een groot wit bord of dienblad te doen, dan zie je de zaadjes goed liggen. Je wrijft de steel met zaadhoofdjes voorzichtig tussen je handen heen en weer. Kleine donkerbruine tot zwarte zaadjes, iets groter dan een zandkorrel, vallen eruit op het bord. Blaas er dan zachtjes op: zo blaas je de bloemblaadjes weg en houd je alleen de zaden over. Die blijven liggen, omdat ze wat zwaarder zijn. Doe ze in een zakje en bewaar ze voor volgend jaar.’ 

Verzamelen van zaden uit zaaddoosjes. Bij de keurig verpakte zaden van de akelei en klaproos werkt het ook weer anders. ‘In zo’n zaaddoosje zitten wel 100 tot 150 zaden. Zijn de zaadjes rijp? Dan gaat er een ‘luikje’ open. Door de wind of doordat jij of je viervoeter er tegenaan loopt, worden de zaadjes dan vanzelf verspreid. Maar je kunt de zaaddoosjes dus ook afknippen en daarna leegschudden op een bord of papiertje.’ Zo heb je volgend jaar weer knalrode bloeiers in je tuin.

4. Laat de zaden goed drogen

Hoe lang zaden moeten drogen na het oogsten, hangt af van hun formaat. Maar hoe bepaal je nu of een zaadje klein of groot is? ‘Als een zaadje als zand aanvoelt, is het klein en is een weekje drogen genoeg. Voelen de zaadjes aan als hagelslag, dan is het een middelmaat en duurt het ongeveer twee weken tot ze gedroogd zijn. En als je het zaad niet tussen je vingers kunt wrijven, zoals een boon, is het groot: reken dan maar op drie weken voor het goed droog is.’

‘Het is handig om de zaden op keukenpapier te drogen. Dat is stevig en valt niet snel uit elkaar als het vochtig wordt. Zodra de zaden droog beginnen te worden, maak je ze voorzichtig los met bijvoorbeeld een vork. Zo droogt ook de andere kant van de zaden. En het voorkomt dat ze aan het papier vastplakken. Let erop dat je ze niet direct in zonlicht zet, want dan kunnen de zaden te snel uitdrogen.’

Zadenmix aan het drogen

5. Zo bewaar je de zaden

Al die kostbare zaadjes, wil je natuurlijk goed bewaren. Maar hoe doe je dat? Frans: ‘Belangrijk is dat de zaden echt goed droog zijn, dat voorkomt dat ze gaan broeien. En het meest belangrijk is dat ze koel blijven: dat zorgt ervoor dat de processen in het zaadje langzaam gaan. In de koelkast lijkt het voor de zaden een soort lange winterslaap en daar gedijen ze goed op. Als je zaadjes op kamertemperatuur houdt, kun je ze misschien maar twee jaar bewaren. Maar in de koelkast in een plastic grip- of stripzakje, gerust vijf tot tien jaar.’

Sommige planten hebben ook echt een koudeperiode nodig. Bij veel inheemse sierplanten, zoals akelei, is dit zo. Hoe dat zit? ‘In de zaden zitten chemicaliën of hormonen die de ontkieming remmen of stoppen. Na een paar weken in de koelkast is dit stofje dankzij de lage temperatuur afgebroken. Als je de zaden na zo’n vijf jaar uit de koelkast haalt, ontwaken ze uit hun winterslaap en kunnen ze gaan groeien.’

Weet je na deze blog nu alles over zaden verzamelen en bewaren? Helaas, dit is nog maar een greep uit alles wat Frans erover kan vertellen. Met zijn koelkast speciaal voor zaden is hij dan ook een echte kenner. Maar de relatie tussen de sok en de zaden? Die hebben we in elk geval opgehelderd. 

O ja, op vakantie in het buitenland zaden van die lekkere meloen of van of andere zaden, planten of bloemen mee naar Nederland nemen? Dat mag niet zomaar. Lees de regels op de website van de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit. 

8 tuinklusjes om langer te genieten van je zomerse tuin

Je hebt het hele voorjaar hard gewerkt om je tuin (of balkon) op orde te krijgen en nu is het tijd voor het Grote Genieten: bijna alle planten staan in bloei en je moestuin geeft doorlopend lekkers te eten. Je tuin is een paradijs voor al je zintuigen! Voor je je helemaal overgeeft aan de geneugten van je hangmat, is het tóch verstandig om een paar tuinklusjes uit te voeren. Met onderstaande klusjes verleng je de levensduur van je paradijs aanzienlijk. Kun je daarna nóg langer genieten!

1. Snoeien doet bloeien

Dit is een goede periode om een aantal plantensoorten te snoeien. In de zomer richt je je vooral op het terugsnoeien van jonge uitlopers en het in model houden van de plant, bijvoorbeeld bij de wisteria (blauwe regen) en druivenplanten. Uitlopers van deze planten groeien met gemak tot wel een meter in slechts een paar weken tijd. Naast deze planten hebben ook voorjaarsbloeiende heesters, steenvruchten en pitvruchten nu behoefte aan een snoeischaar. 

De uitlopers van de Wisteria (blauwe regen) groeien tot wel 2 meter in slechts een paar weken tijd en kunnen zeker een snoeibeurt gebruiken.

2. Pluk uitgebloeide bloemen

Vooral eenjarigen zullen in dit jaargetijde al hun energie stoppen in het geven van zo veel mogelijk bloemen. De bloei is het laatste groeistadium van een plant, waarna deze zaden zal maken en zal afsterven. Dit proces kun je vertragen door uitgebloeide bloemen te blijven plukken. Zo stimuleer je je cosmea’s, goudsbloemen en andere eenjarigen om langer te blijven bloeien. Liever de zaden verzamelen voor volgend jaar? Laat de uitgebloeide bloemen dan juist met rust, zodat de zaden kunnen rijpen.

3. Geef hongerige planten extra bemesting

Dit is hét moment om planten als rozen een tweede mestronde te geven. Dit hebben ze nodig om – nu de eerste bloei is geweest – genoeg voedingsstoffen te kunnen opnemen om nog een keer tot bloei te komen richting het einde van de zomer. Ook zorgt deze bemesting voor sterke en gezonde planten met dikke takken die minder gevoelig zijn voor schimmels en plagen. Ook buxussen, (vaste) borderplanten en veel moestuinplanten kunnen in deze periode wel wat extra bemesting gebruiken.

4. Breng je bodem (weer) tot leven

Deze tijd kenmerkt zich door geven en nemen. Planten onttrekken veel voeding uit de bodem voor hun groei en bloei. Het tekort dat hierdoor ontstaat, moet worden aangevuld met nieuwe voedingsstoffen. Dit geldt ook zeker voor een moestuin. Een ideale manier om je bodem weer in topconditie te krijgen is door gebruik te maken van compost. Het zelf maken van compost is niet ingewikkeld, maar verdient wel wat doorlopende aandacht. Lees hier waar je op moet letten. 

Zelf compost maken is makkelijk en onwijs goed voor je tuin(tje)

5. Vergeet planten in potten en bakken niet

Heb je een balkon of dakterras? Ook hier kun je de hele zomer genieten van een levendige, groene oase, als je goed voor je planten zorgt. Wind en regen hebben vaak vrij spel op potplanten en voedingsstoffen raken sneller opgebruikt dan in een vaste bodem. Geef daarom wekelijkse vloeibare organische voeding aan je potplanten. Lees ook onze andere tips voor succesvol tuinieren in potten en bakken. 

6. Zaai nu voor een lente vol kleur

Sommige plantensoorten hebben meer tijd nodig om tot bloei te komen. Deze zaai je in de voorafgaande zomer. Ze gebruiken het najaar om te groeien en komen (vaak vroeg) in het voorjaar in bloei. Schrik niet als deze planten afsterven richting de winter, hun wortels groeien onverminderd door. Wie nu slim zaait, geniet volgend jaar van een langer seizoen vol prachtige kleuren. Tweejarigen die je nu kunt zaaien, zijn onder andere stokrozen, vingerhoedskruid, duizendblad en judaspenning.

Dit is het moment om tweejarigen als vingerhoedskruid te zaaien

7. Ga slim om met water

In de zomer is het timen van je watergift verstandig om twee redenen. Door ‘s ochtends of ‘s avonds water te geven hebben je planten genoeg tijd om het water op te nemen, voordat deze verdampt uit de bodem. Daarnaast heb je minder kans op verbranding: Waterdruppels werken als een soort vergrootglas. Geef je midden op de dag water, als de zon het hoogst staat, dan kunnen er brandplekken op het blad ontstaan. Doe je het in de ochtend of in de avond, dan is de zon niet zo sterk. 

8. Haal de tuin naar binnen

Je kunt prachtige bossen bloemen voor in huis maken door wat bloemen uit je eigen planten te knippen. Doe dit wel in de ochtend. De bloemstelen bevatten dan het meeste water, waardoor ze op hun sterkst zijn en dus langer goed blijven. Nog langer genieten? Droog je bloemen dan, bijvoorbeeld met silicagel. Deze korrels ken je wellicht uit van die zakjes die je in schoenendozen vindt. Ze onttrekken het vocht uit je bloemen, zonder dat deze verkleuren. Eenmaal gedroogd kun je maandenlang genieten van je favoriete bloemsoorten. Meer methodes voor het drogen van bloemen vind je in dit overzicht.